Na jaren van ervaring met het distilleren van vooral fruit en likeuren, besloot men in 1983 de overstap te maken naar het distilleren van whisky. 1987 Zag de geboorte van de eerste Bretonse whisky, een blend genaamd WB – Whisky Breton (25% malt en 75% grain). Een nog belangrijker stap was de introductie in 1998 van Armorik, de eerste Bretonse single malt. Distillatie vindt plaats in twee aangepaste alambics Charentais, een wash still van 6000 liter en een spirit still van 2400 liter. Er zijn drie grote rvs silo’s die als washbacks gebruikt worden. Voor de whisky wordt alleen gebruik gemaakt van de middle cut die gedurende zeven uur uit de ketel vloeit. Voor de rijping heeft men zowel bourbon als nieuwe en refill vaten van Bretons eikenhout. Deze vaten zijn gemaakt van eikenhout uit het Parc d’Armorique. Sherryvaten worden in eerste instantie alleen gebruikt voor het finishen van de whisky. Het water wordt van meer dan 100 meter diepte opgepompt uit een bron die Rest Avel (huis van de wind) heet. Na aanvankelijk alle gerst zelf gemout te hebben, wordt dit inmiddels uitbesteed.